Voor alle aanpassingen geldt dat er een grens is tussen aanpassingen met of zonder productieverlies. Wanneer er sprake is van productieverlies of een verminderde arbeidsproductiviteit, bijvoorbeeld door minder uren te werken of een aanpassing van de taakstelling, is er sprake van een verminderde arbeidsgeschiktheid en zal er overgegaan worden tot gedeeltelijke ziekmelding. En dan is het even goed opletten: want iemand kan beter niet kiezen voor een lichtere functie of een aanpassing van de contracturen. Wanneer het komt tot een (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid wordt de uitkering gebaseerd op het laatst verdiende loon.
- Organisatorische aanpassingen
Organisatorische aanpassingen kunnen gaan over het bijstellen van het takenpakket of de ruimte waarin iemand werkt, bijvoorbeeld met minder lawaai of prikkels in het algemeen, of hoe rustmomenten zijn georganiseerd. Maar denk ook aan bijwerkingen van medicatie. Zo kan het zijn dat iemand niet langer op hoogte of met gevaarlijke machines kan werken. - Aanpassingen in werktempo
Vaak wordt het werktempo vanzelf wat lager, maar als de verwachtingen over werkproductie hetzelfde blijven, zal werkdruk en stress toenemen. Het aanpassen van werktempo is daarom vooral het bijstellen van verwachtingen over de werkproductie, zowel bij werknemer als de werkgever. Wanneer het werktempo lager komt te liggen, kan, in overleg met de bedrijfsarts en leidinggevende, een gedeeltelijke ziekmelding worden gedaan. Hierbij kan bijvoorbeeld afgesproken worden dat iemand hetzelfde aantal uren aanwezig is op het werk, maar minder productief hoeft te zijn in deze uren of meer pauzes heeft. - Aanpassingen in werktijd
Deze aanpassing kan inhouden: minder uren werken, uren anders verdelen over de werkweek of op aangepaste tijden beginnen of stoppen. Met het verminderen van werk-uren, kom je in de fase van ziekmelding. Deze werkaanpassing is logisch als de werking van de medicatie over de dag verschilt of als vermoeidheid, slaapproblemen en energieverlies z’n tol gaan eisen. - Aanpassingen in werkbegeleiding
Hier gaat om de mogelijkheid voor extra begeleiding. Denk aan coaching of ondersteuning bij specifieke werktaken, een assistent aannemen of het aanleren van nieuwe handelingen of werkprocessen. - Technische aanpassingen
Dit zijn aanpassingen waarbij (technische) middelen en materialen worden gebruikt om met de beperkingen het werk te kunnen doen. Er kan hiervoor doorverwezen worden naar een ergotherapeut, die zo nodig ook op het werk komt kijken. Wanneer er sprake is van een tremor kan bijvoorbeeld de software anders ingesteld worden, maar ook alternatieve toetsenborden, muizen of een armondersteuning kunnen helpend zijn, evenals bijvoorbeeld spraaksoftware. Een goed ondersteunde zithouding en bureau op hoogte kan belangrijk zijn voor het beïnvloeden van een tremor of het voorkomen van energieverlies door slecht zitten. Wanneer afstanden lopen op het werk moeilijker wordt, kan er gezocht worden naar een passende verplaatsingsvoorziening, zoals een rolstoel, (elektrische) trippelstoel of andere oplossing. Wanneer autorijden of het gebruik van openbaar vervoer moeilijker wordt, zijn er alternatieven beschikbaar om toch op het werk te kunnen komen. Ook aanpassingen aan de werkplek, zoals het plaatsen van een deuropener of het aanpassen van het toilet, zijn mogelijk.